De schrijver zwijgt
menig dagen is ’t hoofd vol,
vol gezichten de namen ontgaan
navelstrengen nooit doorsneden
uitgetrokken, purper , het rauw bestaan
nachtmerries bezaaid met lachende narren
dansend om ’n bizarre wet
wet der sterkste en ongeweten
behoorde ik tot het verzet
nu schedels blank als parels
liggen te wezen in m’n knekelveld
lijkt voorbijgaan een dringende waarde
doch mijn verhaal blijft onverteld
...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten