m’n ziel spreekt ontroering
en ik veins geluk
als opvoering, de act!
Tenmidden zandloperfiguranten
’t oprechtheid van m’n hart
immer zij heerst, klopt
al klopt ’t niet steeds
doordrenkt van ’t floerse bloed
ik mijmer, in het hoekje
van de lege kamer, grote vensters zonder licht
vermijd het stipje werkelijkheid
dat ’n dichter van gek wezen
onbeschaamd beticht
Geen opmerkingen:
Een reactie posten